Blog 66: Kunst en cultuur
Firenze
Op weg van Venetië naar Florence doen we het kalm aan, want even bijkomen van alle oudheden die we tegenkomen in dit land mag wel. Gaan uitgebreid winkelen in een grote supermarkt en vinden alleen al drie rijen schappen met pasta’s en nog de nodige koelvitrines met verse pastasoorten.
Na anderhalf uur komen we buiten en verbazen ons over de aanwezige producten zoals 15 soorten mozzarella en andere witte kaassoorten. De hoeveelheden koekjes, chocola en soepstengels. Groenten valt wat tegen, maar daarvoor moeten we op de markt zijn. Luilekkerland eigenlijk.
Wat wij fijn vinden aan de camper is het onderweg op een parkeerplaats gaan staan en even lekker koffie drinken of een vers broodje met lokale kaas eten met heel truttig een glas thee. Hoeven niet steeds ergens op het eten te wachten en kunnen zo ook de calorieën in toom houden.
Bij Florence zijn alleen maar camperlocaties met minimale voorzieningen. We zoeken er één uit waar de bus voor de deur stopt en die rustig t.o.v. het verkeer ligt. Het is een aandoenlijk terreintje met een mannetje in een caravan die het geld int. Maar hij boert goed!
De stad is het symbool van de Renaissance die volgde op de middeleeuwen. Oriëntatie op de klassieke oudheid, de opkomst van het humanisme en de uitvinding van de boekdrukkunst geven een enorme impuls. Het oefent ook zijn invloed uit op de kunst: men laat in schilderijen de menselijke emotie zien en schildert zo realistisch mogelijk.
En Florence is de meest uitgesproken renaissancestad van Italië. Nergens anders bevinden zich zoveel gebouwen en kunstwerken uit deze periode.
Hoogtepunt is de Duomo (kathedraal), deze beheerst met zijn beroemde, door Brunelleschi gebouwde koepel het oude centrum en springt eruit door het gebruik van materiaal. Met de bouw werd in 1296 begonnen en na 3 architecten was hij gereed in 1436 en werd ingewijd door Paus Eugenius IV.
Tegenover de Duomo staat het Baptisterium (doopkapel), een met marmer bekleedt gebouw en voorzien van bronzen deuren en naast de Duomo staat de beroemde klokkentoren van Giotto.
Dwalend door het oude centrum komen we op de Ponte Vecchio, oude brug, met de corridor en vele winkeltjes waar vooral gouden sieraden worden verkocht.
We bezoeken het Palazzo Vecchio en Palazzo Pitti met de daar achter gelegen Boboli tuin. Veel schilderijen en beeldhouwwerken, het duizelt je.
De kroon op de musea is het Uffizi, een U-vorming gebouw. Lange gangen met aan weerskanten kunst die verzameld is door de familie de Medici. De expositie ruimte omvat 13.000m2. Een deel van “wie is de mol” heeft zich hier afgespeeld, dus degenen die daarnaar gekeken hebben weten hoe het eruitziet. De hoeveelheid beeldhouwwerken en schilderstukken is onbevattelijk en getuigt van een enorme rijkdom en verzamelwoede.
Het is zoveel dat je er bijna tureluurs van wordt. Het was dan ook hoog tijd voor een lekkere lunch in het winterzonnetje. Ravioli met truffel(saus)!
De stad heeft een aantal grote pleinen, waarvan het Piazza della Signorina het mooist is. Er staat een grote fontein met een enorm beeld van Neptunus (met het hoofd van Cosimo de Medici; wie betaalt, bepaalt. Alsof het enorme ruiterstandbeeld van hem nog niet genoeg was).
Aan het plein liggen paleizen en de overdekte beeldengalerij Loggia dei Lanzi.
Ook de Galleria dell’Accademia ligt aan dit plein. Hier staan ook 3 niet afgemaakte beelden van Michelangelo, die bedoeld waren voor het graf van paus Julius II. Maar zoals zo vaak bij Michelangelo, kreeg zijn opdrachtgever of hijzelf andere prioriteiten….
Dit werk laat goed zien hoe een beeld zijn vorm krijgt, eigenlijk hoe Michelangelo de figuur bevrijdde uit het marmer.
En natuurlijk het pronkstuk: de David van Michelangelo. Wij vinden zijn handen en hoofd aan de grote kant, een ander lichaamsdeel doet denken aan wat wordt gefluisterd over The Donald. Verder natuurlijk geen kwaad woord over deze alom bewonderde schepping.
In dit museum bevindt zich ook een schilderij uit 1296, dit is het oudste middeleeuwse schilderstuk dat wij ooit hebben mogen aanschouwen. Een van de kenmerken van vroeg-middeleeuwse schilderkunst is dat de vingers lang en ongevormd zijn. Ziehier, een ontroerende uiting van waartoe de schilderkunst in die tijd in staat was. Wij doen het niet na.
De Basilica di Santa Croce is door de bedelorde Franciscanen gebouwd en beheerd en was men bij de bouw en inrichting aangewezen op de vrijgevigheid van rijke Florentijnen. Families die bijdroegen kregen het recht familieleden in de kerk te begraven. Ook de groten van Italië worden er geëerd. Zo vinden wij er de graftombes van o.a. Galilei, Michelangelo, Rossini, Vasari. Dante en Machivelli. Er zijn gedenkplaquettes voor Marconi, Fermi….. Als er al niet een Pantheon in Rome was, zou dit met recht het Italiaanse Pantheon kunnen zijn in de geest van het Franse.
Als toegift bezoeken we nog het museum van Galileo. We vinden er veel instrumentarium dat over honderden jaren is gebruikt in de wetenschap, waar de instrumentmakers ongetwijfeld een goede boterham hebben gehad en die wij nu nauwelijks begrijpen. Maar eigenlijk niet veel over het werk zelf van Galileo. Jammer.
De stad heeft dit bijna allemaal te danken aan de familie De Medici. Hun geschiedenis begon in 1410 toen Giovanni di Bicci de’ Medici benoemd werd als de beheerder van het vermogen van de toenmalige paus. Zijn zoon bouwde de bank internationaal uit, waardoor zij hun fortuin nog verder vergrootten. Er waren filialen in Venetië, Pisa, Milaan en Avignon, Brugge, Genève, Londen. Zij waren allemaal kunstverzamelaars.
Naast bankier waren zij ook boekhandelaar en door hun rijkdom verwierven zij ook politieke macht. Zij brachten 3 pausen en meer dan 50 kardinalen voort, alsook 2 koninginnen van Frankrijk. Aan het einde van de 17e eeuw innam hun macht af en in 1737 stierf de laatste De Medici met politieke macht, zonder kinderen.
Als intermezzo: na dertig jaren trouwe dienst besluiten wij onze Bialetti te pensioneren en te vervangen door een fonkelnieuw exemplaar. In Nederland koop je die in de speciaalzaak, hier in de supermarkt naast de theezeefjes en pollepels.
Lucca
Na 5 dagen Florence is het tijd voor iets anders en we verkassen naar Lucca. Daar maken we een heerlijke herfstwandeling over de wallen van de ommuurde stad en genieten van het herfstzonnetje. De vestingmuur is zo groot dat we er zo’n 1,5 uur over doen. De stadsmuur is in de 15e/16e eeuw gebouwd ter verdediging tegen Florence.
De stad werd voor het eerstgenoemd in de geschiedschrijving van Lucius en hij heeft het over een bestaande stad in 218 v.Chr. Ondanks plunderingen en oorlogen werd het in de 11e eeuw welvarend door de zijdehandel. Het is van alles geweest: republiek, vorstendom, hertogdom, provinciestad.
We bezoeken de kathedraal di San Martino en zien dat er die avond een orgelconcert is en daar gaan we natuurlijk naar toe.
De kerk heeft 2 orgels, die tegenover elkaar staan en wij zitten er mooi tussenin. We bewonderen het ragfijne interieur en het prachtig geluid.
De organist komt helemaal uit Duitsland en hij speelt Bach en Liszt voor slechts 14 mensen. Wij genieten van het uurtje spel.
De stad heeft ook een amfitheater gekend. Dit is teloor gegaan, maar het leuke is dat men in en op de resten van het theater gele appartementen heeft gebouwd. Dit levert een heel levendig plein op dat nog de afmeting en vorm heeft van de oude arena. Dat is leuk als je er in staat maar wordt alleen duidelijk van bovenaf, dus hebben we de drone even opgelaten.
We ondernemen een fietstocht naar Pisa en bezoeken natuurlijk de scheve toren. Zo’n 30 jaar geleden waren we hier ook en zien dat de toren niet meer zo scheef staat als toen. Dat klopt omdat er in 1990 een reddingsoperatie heeft plaatsgevonden. De toren is 12 jaar dicht geweest en in die tijd heeft men de overhang teruggebracht van 4,5 meter naar 3,9 meter, oftewel van 5,5 graad terug naar 3,99 graad uit het lood. Volgens experts kan de toren de komende 3 eeuwen niet instorten. Met de moderne technieken kon de toren helemaal recht gezet worden, maar dat zou het toerisme geen goed doen en dat heeft men dus maar achterwege gelaten.
Volterra
Onze volgende stop is Volterra. Het stadje ligt op 531 meter hoogte en dat is hier te merken aan de temperatuur, net iets lager dan in Lucca b.v.
Men gaat er vanuit dat de stad door Etrusken is gebouwd, alhoewel dat niet 100% bevestigd kan worden.
Het heeft een Etruskisch museum waar voornamelijk gevonden urnen (graftombes eigenlijk) uit tufsteen en albast tentoongesteld zijn. Heel kunstig uitgevoerde kleine tombes welke rondom gebeeldhouwd zijn en bovenop een uitbeelding van de gestorvene hebben. De afbeeldingen gaan meestal over Griekse mythen of de reis naar de onderwereld en de Trojaanse cyclus. Maar het zijn er ontelbaar veel; het nut van zo’n enorme uitstalling in een museum ontgaat ons.
Daarnaast zijn er veel bronzen voorwerpen en beeldjes. Trekpleister is een bronzen beeld van 57 cm hoog, stelt een langgerekte jongeman voor en wordt “De schaduw van de avond” genoemd.
Alles dateert al van voor de jaartelling en is wonderlijk goed bewaard gebleven. Een mooi plaatje levert de plaatselijke kathedraal op: een Kruisafname uit hout uit de dertiende eeuw. Waarschijnlijk wel een beetje gerestaureerd. Zie de nijptang!
Het heuvelachtige gebied met vergezichten nodigt uit voor wandelen en fietsen. Aangenaam is het om hier een elektrische fiets te hebben, je kunt heerlijk om je heen kijken tijdens het fietsen. Hoewel, bij het klimmen moet nog een behoorlijke inspanning geleverd worden. Dat wij hier 20 jaar geleden nog met 4 tassen op de fiets rondreden toont wel aan dat de spierkracht met de jaren afneemt. We herinneren ons wel dat we toen scholden op Toscane: “geen weggetje is hier vlak!”
De meeste campings in Italië sluiten op 30/9 en hoewel er goede camperplaatsen zijn alom, hebben zij niet dezelfde faciliteiten. De “parkeerplaats” waar we nu op staan heeft geen enkele voorziening behalve water en dus gaan we naar de wasserette. Daar blijken de bewoners van Volterra er ook gebruik van moeten maken; de meeste huizen zijn uit de middeleeuwen en veel te klein voor een wasmachine. Heel druk en iedereen zet zijn spullen gewoon neer tot er een machine vrij is. Lekker chaotisch. Maar de was is weer lekker schoon en droog.
Siena
Volterra is bekeken, we verkassen naar een andere Toscaanse parel: Siena. Stad van de Palio, de spectaculaire paardenren over het centrale plein Piazza del Campo. Helaas nu niet, al is het de vraag of je als buitenstaander een plekje kunt bemachtigen.
Na bijna een week op de parkeerplaats van Volterra landen we nu maar eens bij een Agriturismo, waar het iets romantischer is en waar ze ook een douche en wc hebben.
We fietsen naar de stad en drinken koffie op het Piazza del Campo à raison van 5 Euro per kopje. Maar dan heb je ook een van de mooiste uitzichten die bestaan.
De kathedraal van Siena! Voluit de Cattedrale di Santa Maria Assunta is een meesterwerk van Italiaanse gotiek. Karakteristiek zijn de afwisselende zwarte (donkergroene) en witte stroken in gevels en kolommen. Beroemdheden (nou ja , Italiaanse beroemdheden zoals Donatello, Pisano, Lorenzetti, ) hebben er aan meegewerkt, natuurlijk ook de onontkoombare Michelangelo.
We beginnen het bezoek met een rondleiding (Porta del Cielo) die via kunstig ingebouwde wenteltrappen door het dak van de kathedraal en ook door de voorgevel leidt. Prachtige blikken van bovenaf op het binnenste van de kerk,
en op de engelen die de voorgevel sieren.
Er is teveel om op te noemen, maar een van de hoogtepunten is wel de Libreria Piccolomini die in 1495 is gebouwd om de bibliotheek van paus Pius II (Enea Silvio Piccolomini) onder te brengen. Een verpletterend meesterwerk van de schilder Pinturicchio die met zijn treffende perspectieven en levendige figuren liet zien dat de schilderkunst in die tijd veel verder was dan toen het eerder door ons genoemde schilderij uit 1296 werd gemaakt. Alle staat in het teken van Pius II, die kennelijk veel heeft meegemaakt (of is het legendevorming?).
De zaal is compleet gevuld met deze taferelen, een onbevattelijk meesterwerk.
En dan zijn er de boeken, waar het eigenlijk voor bedoeld was. Prachtige werken met bijna onleesbare teksten en volkomen onbegrijpelijk notenschrift.
Ander hoogtepunt is de preekstoel, vervaardigd door Pisano. Het is allemaal van een onbevattelijke schoonheid en verfijning. En dat in de dertiende eeuw.
De vloer staat bekend om zijn enorme en prachtige mozaïeken. Helaas zijn de meeste afgedekt, want onder vele schuifelende toeristenvoeten zou er al snel niets meer van over zijn. Enkele zijn onbedekt en omringd oor een koord, zodat je toch een indruk krijgt van de pracht en praal. Voor wie weleens met de Tangram heeft gepuzzeld:
Dit is Tangram tot de tiende macht, een superpuzzel van duizenden stukjes marmer waarvan hierboven maar een fragment te zien is.
Een ander meesterwerk is de kindermoord van Bethlehem:
Ook bezoeken we de crypte. Zoals vrijwel elke crypte is het een mystieke ruimte die doet denken aan de voorchristelijke heiligdommen die vaak al aanwezig waren toen besloten werd om er een christelijke kerk overheen te bouwen. De rauwe werkelijkheid van het kerkgebouw doet zich hier voelen. En als je denkt dat je het diepste deel bereikt hebt, blijkt er nog een laag onder te zitten! Helaas mochten we daar niet in.
Wat veel bezoekers zich niet realiseren, is dat het gebouw veel groter had moeten worden. Een grote dwarsbeuk (of was hij bedoeld om hoofdbeuk te worden?) is onafgebouwd gebleven na de Zwarte Dood van 1348 die het leven en de rijkdom uit de stad wegzoog. Nu staat er een aantal indrukwekkende muren, inclusief een voorgevel, rondom een parkeerplaats waar de plaats van de ontbrekende zuilen in het plaveisel is aangegeven. Inmiddels heeft men maar huizen tegenaan gebouwd.
Een deel van de structuur is dichtgemetseld en biedt nu plaats aan het Museo dell’Opera. Als je daar doorheen loopt zie je overal zuilen, bogen en kapitelen die qua afmetingen helemaal niet passen bij de museumzaaltjes.
Tsja, het Museo dell’Opera. Alweer zo’n onbevattelijke verzameling kunstwerken. Voor de liefhebbers een galerij/diavoorstelling:
De volgende dag is voor lichamelijke activiteit. Peter zet een fietstocht door de Chiantistreek uit en het is maar goed dat we stevige fietsen met veel versnellingen hebben. Een deel van de tocht blijkt over de bij wielrenners beruchte Strade Bianche te gaan. Dit houdt in dat de wegen uit een soort gravel bestaan en kleiachtig zijn. Omhoog en omlaag gaat het, en aan het eind van de dag hebben we 1500 meters op en ook weer neer gemaakt. De herfsttinten zijn intens en ondanks het feit dat de beloofde zon wegblijft genieten we van de prachtige uitzichten.
Na afloop een verfrissende douche, de accu’s aan de lader en moe en voldaan zitten we te smullen van ons bbq’tje.
Op naar Siena weer, het combiticket is nog geldig en we bezoeken het Baptisterium, de doopkapel. Je ziet ze overal in het Italië van de Renascimento. Allemaal gewijd aan (San) Giovanni Battista, bij ons bekend als Johannes de Doper. De doopkapel staat meestal los van de kathedraal, maar hier is hij onder het koor van de kathedraal, onderaan een helling gebouwd. Als het ware als onderdeel van de fundering van de kerk en grenzend aan de crypte. De gevel is dan ook indrukwekkend, deze beslaat twee kerkverdiepingen: het baptisterium en de het koor daarboven.
Het loopt met San Giovanni trouwens niet goed af; zoals te zien op een verguld brons van de hand van Donatello, aangebracht op het doopvont, krijgt Herodes op een schaal het hoofd van Johannes (dat naar verluidt onvrijwillig door de eigenaar is afgestaan) aangeboden. Let op de dramatiek in het tafereel!
Tenslotte bezoeken we de Pinacoteca Nazionale, de Nationale Schilderijengalerij. Het is een overdonderende verzameling laat-middeleeuwse en renaissanceschilderijen. Het was een diep-religieuze periode, en de thematiek beperkt zicht dan ook tot Madonna col Bambino, de kruisiging, de kruisafname, de hemelvaart en de kroning van Maria. Het aantal met goud verrijkte polyptieken met Maria als middelpunt van een wisselende schare heiligen is haast oneindig. Twee voorbeelden slechts:
Om alles te verwerken maken we de volgende dag een alweer zelf uitgezette wandeltocht die door bossen en langs velden voert. Slaperige dorpjes en buurtschappen met alweer onverwachte details:
En met deze stichtelijke woorden nemen wij afscheid van Siena en omgeving. Tot de volgende keer!
5 gedachten over “Blog 66: Kunst en cultuur”
Voor ons veel herkenbare ,mooie plaatjes! Goede, veilige terugreis! Groeten, Gea en Alex
Wat een uitgebreid en mooi verslag!
Prachtige foto’s ook!
Hallo Marthy,
wij hebben ervan genoten en het is fijn dat anderen meegenieten.
He Peter, wat leuk hier terecht te komen. Nick vertelde dat je een blog hebt dus ben ik gaan ‘zoeken. Hou je haaks!
Maarten, wat leuk dat je ons gevonden hebt. Wij doen ons best er wat van te maken. Het ga je goed!